Koningin Victoria van Engeland nodigde een bekende pianist uit Wenen uit om voor haar en de kinderen te komen spelen. Het was haar gewoonte aan iemand die ze zo uitnodigde naast woorden van dank ook een vorstelijk aandenken te geven.
Deze oude musicus deed haar bijzonder veel genoegen met zijn spel en ze vroeg hem het volkslied van zijn land ten gehore te brengen. Zodra de eerste noten waren aangeslagen ging de koningin staan en ze bleef staan -hoewel dat haar niet meeviel – tot het lied uit was. De oude man keerde zeer voldaan naar zijn land terug. “Ze gaf me, zo vertelde hij later, een diamanten sierspeld, maar de eer die ze mij en mijn land bewees was me meer waard dan die speld”.
Iets dergelijks zal ook het geval zijn, denk ik, met de dienstknechten van de Heer die de woorden te horen krijgen: “Wel gedaan goede dienstknecht ga in in de vreugde van je Heer”. Die waardering overtreft alles.