Betreft: Rm 3: 22
Vraag:
De Statenvertaling heeft in dit vers staan ‘door het geloof van Jezus Christus’. De Nieuwe Vertaling geeft deze uitdrukking weer met ‘door het geloof in Jezus Christus’. Hoe moeten we dit nu lezen?
Antwoord:
Letterlijk staat hier in het Grieks een tweede naamvalsvorm. Men kan die met ‘van’ weergeven. In het Nederlands betekent dat echter dat het dan gaat over het geloof dat aan Jezus Christus toebehoort. Zo is met de uitdrukking ‘het huis van de farizeeër’ ( Lk 7: 36) het huis bedoeld dat van die farizeeër is.
De tweede naamvalsvorm kan in het Grieks echter ook duiden op een betrekking of richting. Het geloof van Jezus kan ook betekenen ‘het geloof dat op Jezus Christus gericht is’, of ‘dat Jezus Christus tot voorwerp heeft’. Het verband moet dan uitmaken wat bedoeld is.
Welnu, in deze tekst gaat het er niet om dat het geloof van Jezus Christus (Zijn geloof dus) ons zou rechtvaardigen, maar dat het geloof in Hem, het geloof dat wij bezitten ons rechtvaardigt.