Wijsheid
Die berust op inzicht en levenservaring berustende kennis (en het handelen daarnaar). Niet hoe doe je het, maar wat doe je Spr. 14:8. De wijze kent tijd en wijze Pred. 8:5. Waarde: van wijsheid meer dan koralen en goud of zilver Spr. 8:11; 16:16; 21:22 Wijsheid is als een erfdeel; beschermt, geeft macht Pred. 7:11, 12, 19 is beter dan kracht of oorlogstuig Pred. 9:16,18.
Verschil
tussen technische en wetenschappelijke kennis enerzijds en wijsheid anderzijds. Zelfs tussen geestelijke kennis en wijsheid 1 Kor. 12:8 woord van wijsheid naast woord van kennis.
Tweeërlei vlak
Wijsheid op horizontale vlak en wijsheid op verticale vlak. Voorbeeld: plaatsen van grote advertentie regionaal of kleine landelijk. Laatste is beter, klein beginnen en dan uitbreiden. Voorbeeld: met kennis spreken over 1000 jarig rijk bij een stervende is niet wijs.
Salomo’ s rechtspraak tussen twee vrouwen was praktisch. Paul Kruger volgde zijn voorbeeld tussen twee broers die ruzie hadden over de erfenis. Hij zei: de oudste deelt, de jongste mag kiezen. Wijze vrouw gebruikt om Absolom te laten terugkeren 2 Sam. 14:2. Wijze vrouw uit de stad Abel – Beth – Maächa – 2 Sam. 20:16.
Boek Prediker Salomo was uitermate wijs Pred. 1:16; 2:15; 12:9 – vgl. 2 Kron. 1:1-13 maar welke beperking legt hij zich op? zoeken van wijsheid onder de zon Pred. 1:2, 9, 13, 14 etc. boek gaat niet om ‘openbaring’ van God. Wat is zijn resultaat: …ijdelheid der ijdelheden; najagen van wind Pred. 1:14; 2:11, 17, 26, 4:4, 16; 6:9). In wijsheid schuilt veel verdriet, want er is zonde, en er zijn problemen Pred. 1:18; 7:25. Maar toch heeft ze voordeel boven onverstand Pred. 2:13; Echter beperkt: we kunnen God niet narekenen Pred. 3:11; 8:16, 17; 7:23, 24.
Voorwaarde
Allesbeslissende voorwaarde op verticale vlak: de vreze des Heren Spr. 9:10; 15:33. Ootmoed Spr. 11:2. God welgevallig zijn Pred. 2:26.
Wijze raad:
(1) Eerbied bij naderen tot God; pas op voor geloften Pred. 4:17-5:1. In de Gemeente spreken tot opbouw 1 Kor. 14:19;
(2) Niet alles willen weten Pred. 7:21, 22. Wie luistert aan de wand, hoort vaak zijn eigen schand;
(3) Gedenk uw schepper; heb eerbied of vrees God Pred. 12:1; 12:13, 14;
(4) Bedenk dat twee beter zijn dan één Pred. 4:9-12.
Wat doet de wijsheid?
Bouwt huis Spr. 14:1; 24:3;
Zorgt voor toekomst Spr. 6:6; 10:5; 30:24;
Luistert naar raad Spr. 10:8; 12:15; 19:20;
Spreekt mild Spr. 12:18;
Verheugt zijn vader Spr. 15:20;
Stilt toorn Spr. 16:14; 29:8;
Houdt de toorn in Spr. 29:11;
Weet te zwijgen Spr. 17:28; 10:19;
Kent tijd en wijze Pred. 8:5;
Geeft leven Pred. 7:12.
Onwijze zaken
Verslaafd zijn aan wijn Spr. 20:1;
Hart zetten op vergankelijke zaken Pred. 2:21;
Doordrijven Pred. 7:16;
Dwaze praat bijv. ophemelen van vroegere tijden Pred. 7:10;
Ironie: De goeie ouwe tijd, toen onze vaderen het zo slecht hadden. Kuil graven, muur doorbreken Pred. 10:8.
Wijsheid in N.T.
Dwaasheid van het kruis is wijsheid bij God 1 Kor. 1:21. Er is wijsheid onder de volmaakten. Christus is ons geworden wijsheid, enz. 1 Kor. 1:30, 31.