Vraag:
Als profeteren inhoudt: stichtend, vermanend en bemoedigend spreken dan is vertellen op een zondagsschool dus ook profeteren?
Antwoord:
Of de apostel ook het vertellen van bijbelverhalen aan kinderen op het oog gehad heeft toen hij 1 Ko 14: 3 neerschreef is natuurlijk de vraag. Wat anders is of wij het nu onder het begrip profeteren kunnen onderbrengen.
Nu moeten we erop letten dat de apostel in dit vers geen definitie van profeteren geeft, maar alleen de uitwerking ervan vermeldt. Wie profeteert spreekt tot stichtend, vermanend en bemoedigend. We zitten dus met de vraag of we deze uitspraak ook mogen omkeren, namelijk dat elk stichtend, vermanend en bemoedigend spreken ook profeteren is. Met zulke omkeringen moet je wel een beetje voorzichtig zijn.
Natuurlijk zit er aan het beantwoorden van deze vraag een konsekwentie in verband met 1 Ko 11, namelijk dat een zuster die op een zondagsschool vertelt – als dat profeteren is – ook haar hoofd moet bedekken.
Maar die konsekwentie mag onze uitleg niet bepalen. Ik durf hier echter niet een absoluut antwoord te geven. Persoonlijk geloof ik dat je in zo’n geval beter de veiligste weg kunt kiezen en dat een zuster in zo’n geval er dus goed aan doet iets op het hoofd te hebben. Ik schrik er echter voor terug er een ‘wet’ van te maken. Ik raad het wel aan.