Vraag:
a) Is het mogelijk dat er tussen de bekering en de wedergeboorte een tijd verloopt?
b) Kun je als je in God gelooft toch niet wedergeboren zijn en dus verloren gaan?
Antwoord:
a) Normaliter vallen bekering en wedergeboorte samen. Ze duiden op twee aspecten die bij elkaar horen. De wedergeboorte ziet op wat God doet. Zomin als we onszelf lichamelijk geboren doen worden, zo min doen we dat geestelijk. We zijn er echter wel bij betrokken en de bekering belicht onze kant van de zaak. Wij moeten ons tot God bekeren.
Misschien kunnen we het zo zeggen: de bekering is het beginproces van de wedergeboorte, want bij de bekering werkt God al door zijn Woord en zijn Geest aan ons hart.
Nu kunnen we op twee manieren over ‘bekering’ spreken. In Hd 20: 21 lezen we dat Paulus twee dingen gepredikt heeft, namelijk: (1) bekering tot God en (2) geloof in de Heer Jezus. Het eerste houdt in dat iemand zijn zonde beseft, zijn verloren toestand inziet en zich tot God wendt om redding. Het tweede betekent dat hij de redding in Christus Jezus aanvaardt. Tussen die twee kan tijd verlopen. Iemand kan zijn verloren toestand inzien, maar nog niet volkomen vertrouwen dat Christus ook voor hem alles volbracht heeft. Zo iemand kan proberen door goed te leven en geen zonden meer te doen aangenaam voor God te worden. Zolang hij daarmee bezig is, is hij nog niet wedergeboren. Hij zit als het ware in het proces van geboren worden, maar ziet het ‘levenslicht’ nog niet.
In de Bijbel wordt echter ook over bekering gesproken waarbij dan geloof in Christus inbegrepen is. Dat is bijv. het geval in Hd 11:18 waar sprake is van ‘de bekering ten leven’. Het betreft daar Cornelius, de hoofdman. Deze man was tot God bekeerd vóórdat Petrus bij hem kwam. Hij kende echter Christus nog niet. Toen Petrus hem Christus verkondigde kwam hij tot het volle licht en ontving hij de Heilige Geest. Toen was hij wedergeboren.
Als er een niet volledig evangelie wordt verkondigd, zoals in hele zware kringen helaas het geval is, of als iemand maar steeds twijfelt of God ook hem wel wil aannemen dan ligt er een tijdverschil tussen bekering en wedergeboorte.
b) Als iemand werkelijk zich bekeerd heeft tot God en gelooft in de Heer Jezus als zijn persoonlijke Heiland (zie antwoord a) is hij wedergeboren. De vraag is echter of hij zich echt met besef van en berouw over zijn zonden tot God gewend heeft. Wat het geloof in God betreft, geldt hetzelfde. Je kunt namelijk zeggen: geloven en geloven is twee. Een geloof dat alleen omvat dat je aanvaardt dat God bestaat is geen levendmakend geloof. Jk 2:19 zegt immers dat de duivelen ook geloven dat God bestaat, maar dat zij sidderen. Zie voor een onwaarachtig geloof ook Jh 2: 23-25 en 8: 31, 37. In God geloven betekent dat men zich voor leven en dood aan Hem toevertrouwt. Als dat het geval is, dan is iemand wedergeboren.